Zone Dilbeek

Wat doen vrijwilligers voor en na de vieringen in onze kerken?

De plechtigheden worden door de pastoor voorbereid, maar er gebeuren nog vele praktische zaken voor en na de vieringen die toch wel tijd in beslag nemen. Vroeger had elke kerk een voltijdse  betaalde koster en zorgde die voor de praktische assistentie, maar nu zijn het mannen en vrouwen die deze taken vrijwillig op zich nemen in samenwerking met pastoor en kerkraden.

Als je als kerkganger  in de kerk binnenkomt staat alles al klaar voor de eucharistieviering , voor het doopsel, voor het  huwelijk of voor de uitvaart. Maar weet u wel wat er voordien reeds allemaal gedaan werd?

 

  • De eerste taak van de vrijwilliger is: de lichten in de kerk en in de sacristie aansteken, in de winter de verwarming aanzetten en de deur van de hoofdingang ontgrendelen en open zetten.
  • Vaak zijn er in het portaal of achteraan in de kerk prikborden voor affiches.  De vrijwilliger van dienst kijkt de informatie na en verwijdert wat voorbij is en vult aan met de nieuwigheden.
  • Achteraan in de kerk legt hij of zij dan ook de  tekeningen en kleurpotloden voor de allerkleinsten klaar, evenals de offerkaarsen en de blaadjes met de volgorde van de eucharistieviering. De betekenis en het waarom van dit alles  zal in een later artikel over de werking van de catecheseploeg zijn duiding krijgen.
  • Dan checkt de vrijwilliger of er nog genoeg wijwater is in de wijwatervaten, zodat u bij het binnen komen in de kerk een kruisteken kan maken met wijwater.
  • Ook wordt er nagekeken of er nog genoeg devotiekaarsjes en lucifers bij het Mariabeeld of bij de andere heiligenbeelden liggen zodat wie dat wil een kaarsje kan aansteken.
  • Daarna gaat hij/zij richting  altaar, lezenaar, orgel, stoelen voor de priester en zijn helpers en de credenstafel. Hij of zij zorgt ervoor dat al dit meubilair correct opgesteld staat.
  • Is het altaardwaal niet meer netjes dan wordt dit vervangen.
  • De bloemen worden gecontroleerd op hun frisheid en zo nodig wat bijgewerkt.
  • De micro’s en de geluidsinstallatie worden aangezet en gecheckt.
  • Het lectionarium wordt op de juiste pagina klaar gelegd.
  • Het bord met de liedjesnummers wordt aangepast.
  • De volgende controle die onze vrijwilliger doet, is het nakijken van de Godslamp.
    De Godslamp, de altijd brandende vlam bij het tabernakel ( = rode kaars voor het tabernakel of erboven hangend zoals in Dilbeek,) staat er als symbool van de tegenwoordigheid van Christus in het sacrament en moet dus steeds branden als er gezegende hosties in het tabernakel   Deze kaars brandt normaal gezien 9 dagen en moet dus regelmatig vervangen worden. Tezamen met het controleren van de Godslamp, steekt onze vrijwilliger ook de sleutel op het tabernakel, zodat de pastoor tijdens de viering gemakkelijk de ciborie met hosties eruit kan halen.
  • Daarna worden de kaarsen op en naast het altaar aangestoken en soms ook de Paaskaars. Omdat men ons regelmatig vraagt waarom deze wel of niet  brandt, geven we graag enige uitleg. De nieuwe Paaskaars wordt elk jaar voor het eerst aangestoken bij de Paaswake, dus op Stille Zaterdag en ze brandt daarna in elke weekendviering tot en met Pinksteren. Waarom slechts tot Pinsteren? Na de Verrijzenis van Pasen komt met Pinksteren de Geest als licht in onze mensenhart.
    Na Pinksteren ontsteken we de Paaskaars alleen nog tijdens de weekendvieringen van Kerstmis tot Driekoningen en met de hoogdagen.
    Vroeger, toen er in iedere kerk nog meerdere zondagsvieringen waren, brandde de Paaskaars elke zondag van het jaar, maar enkel in de hoogmis! Maar nu we slechts in enkele kerken op een zondag nog één misviering hebben is het moeilijk om nog te spreken van een hoogmis, want in welke kerk is het dan wel de hoogmis en in welke niet. Daarom brandt de Paaskaars nu minder dan vroeger!
  • Eén van de laatste voorbereidende taken van de vrijwilliger is het klaar zetten van de credenstafel. De kelk met doekje en palla die de kelk afdekt, de hostieschaal met ongezegende hosties, de pateen met de grotere hostie voor de priester en de ampullen met water en wijn en de mandjes voor de offerande bijdrage worden netjes op de credenstafel geplaats.
    • Op hoogdagen zet onze vrijwilliger ook nog de wijwateremmer met kwast en het wierookvat klaar.
    • Na de viering kan zij of hij weer aan de slag om alles netjes op te bergen, lichten en kaarsen te doven en het kerkgebouw te sluiten.
    Wat dit sluiten betreft: in sommige kerken komt de vrijwilliger van dienst hiervoor nog eens terug in de late namiddag!

Dit was een greep uit alles wat er gebeurt voor u de kerk betreedt bij een weekendviering : u ziet dit niet gebeuren omdat de vrijwilliger in alle vroegte reeds al haar of zijn werk gedaan heeft.

Bij een doopplechtigheid wordt de doopvont klaar gezet. De doopkaars en een handdoekje worden klaargelegd bij de doopvont of op een afgedekt tafeltje.
In Sint-Ambrosius doet de pastoor dit meestal alleen, maar als de doop plaats heeft in een andere kerk dan de Sint- Ambrosiuskerk is er steeds een vrijwilliger die dit alles klaarzet en daarna opruimt . Hij of zij komt vroeger dan het geplande uur van het doopsel, zodat de familie kan verwelkomd worden voor de priester arriveert.

Bij een huwelijk heeft het bruidspaar reeds op voorhand contact met de priester maar ook met de parochie waar het huwelijk doorgaat want er moeten praktische zaken afgesproken worden en het aanstaande bruidspaar wil toch zeker zijn dat alles goed verloopt.
• Voor een huwelijksviering wordt alles klaargezet zoals bij een eucharistie maar met nog enkele extra’s, want het bruidspaar mag plaats nemen op speciale stoelen en natuurlijk mag de rode loper ook niet ontbreken!
• De dagen voor het geplande huwelijk, maakt de parochievrijwilliger afspraken met de gekozen bloemist over het tijdstip en wijze van versiering van de kerk en ook het eventuele zangkoor of de muzikanten worden gecontacteerd.
• Ook de muziekkeuze met gebruik van de muziekinstallatie wordt gecheckt met het bruidspaar.
• De dag zelf is de vrijwillig(st)er reeds goed op voorhand aanwezig want de bloemist komt de kerk versieren, de muzikanten moeten inzingen, tekstboekjes moeten klaar gelegd worden waardoor de familie meestal ook al vroeg in de kerk is. Om u een idee te geven: het kan zijn dat, alhoewel de plechtigheid pas om 14.00 u is, men reeds van ’s morgens bezig en aanwezig is en pas om 16.00 u terug huiswaarts kan keren want alles moet na de viering natuurlijk opgeruimd worden!

 

Een doopsel en een huwelijk zijn twee blije gebeurtenissen maar een uitvaart is eerder een moeilijke en verdrietige aangelegenheid, die de aangepaste zorg vereist. In de dagen voor de uitvaart neemt onze vrijwilliger telefonisch contact met de familie of soms brengt men een bezoekje aan één van de familieleden om de praktische zaken zoals muziekkeuze of tijdstip van het openen van de kerk af te spreken. Meestal maakt de familie van dit contactmoment gebruik om te vertellen over de overledene en het rouwproces. Alhoewel de vrijwilligers hier niet specifiek voor opgeleid zijn gebeurt dit luisteren en meeleven steeds heel vlot.
• De basisvoorbereidingen voor een eucharistie gebeuren nu uiteraard ook, maar het interieur van de kerk wordt ook nog enigszins aangepast.
• Achteraan in de kerk, bij het kruis van ons Heer , wordt plaats gemaakt en een paars tapijt wordt op de grond gelegd zodat de kist of de urne daar op kan geplaatst worden en er worden grote kaarsen aangestoken.
• Ook vooraan in de kerk wordt er extra plaats vrijgemaakt voor de kist of urne.
• Het wijwatervat met kwast en het wierookvat worden klaargezet.
• Het houten kruisje met daarop de naam van de overledene en het kaarsje dat later bij de kist of de urne gezet wordt, worden op het altaar klaar gelegd.
• Bij een uitvaartplechtigheid is de vrijwilliger vroeg aanwezig in de kerk want de begrafenisondernemer komt veel vroeger dan het aanvangsuur van de uitvaart naar de kerk om de kist of urne en de bloemen klaar te zetten voordat de familie aankomt.
• Tijdens de viering is onze vrijwilliger zowel lector als misdienaar als bedienaar van de muziekinstallatie.
• Ook moet hij of zij de klokken laten luiden, een kwartier voor aanvang van de viering en bij het buiten gaan als de plechtigheid gedaan is.
• Na de uitvaartplechtigheid is het dan weer opruimen en zien of de begrafenisondernemer of familie niets vergeten zijn.
• Het geld van de omhaling wordt meegenomen en bezorgt aan de beheerder van de rekeningen van de pastoraal en de kerk wordt gesloten.
Om jullie een idee te geven van het tijdsbestek van onze vrijwilliger; is de uitvaart gepland om 11.00 u, dan is de vrijwillig(st)er bezig en aanwezig van 10.00u tot ongeveer 13.00u .

 

Ik heb bewust in dit artikel geen namen genoemd om er geen te vergeten maar ik had hun misschien wel kunnen vragen waarom ze dit doen voor zowel bekende als minder bekende parochianen. Ik ben ervan overtuigd dat het hen niet om prestige te doen is of om hunnen hemel te verdienen…
Ik denk dat het eerder gaat om dienstbaarheid voor God en de mensen, want heeft Jezus niet gezegd: wat je voor de minste van de Mijnen gedaan hebt, heb je ook voor Mij gedaan!

U kent ze misschien wel deze mannen en vrouwen waarover ik het hier heb gehad.
Af en toe eens een simpele dank u wel zeggen geeft hen vleugels en die waardering verdienen ze wel! Nietwaar?