Zone Dilbeek

Piëta

In de kunst heeft het christelijk geloof een bijzondere plaats ingenomen, sterker nog: religie was voor veel kunstenaars een onuitputtelijke bron van inspiratie.
Nadat Jezus de dood vond op het kruis staan in het Nieuwe testament verschillende momenten van rouw beschreven: kruisafname, bewening van Christus en graflegging. Alhoewel dit niet in de bijbel wordt beschreven moet het toch één van de meest aangrijpende momenten geweest zijn toen het dode lichaam van Jezus door zijn moeder werd vastgenomen.
Eind dertiende eeuw dook dit als beeld op in Duitsland: Maria op een troon met het lichaam van Jezus in haar armen – een beeld, dat ‘piëta’ genoemd werd en zich over heel Europa verspreidde. Het woord ‘piëta’ komt uit het Italiaans en betekent ‘medelijden’ en ‘eerbied’. De gevoelens, die daarbij worden opgeroepen, zijn even sterk als die bij de vele beelden van Maria met Jezus als baby. Van toen af was de cirkel rond!

 

 

 

Sinds 2022 staat er in de Sint-Pieterskerk zo’n beeld van ergens tussen de jaren 1850 en 1925: een beeld van de treurende Maria, geknield onder het kruis, die het dode lichaam van Christus omarmd. Op het kruishout hangt de witte verrijzenisdoek: een allusie op de lijkwade en het lege graf die voor de eerste leerlingen het teken van de opstanding markeerde.
Niet de dood heeft het laatste woord, wel het leven.
Op de voorkant van de sokkel staat: Mater Dolorosa (vert.: Moeder van smarten, een algemeen woord voor de gevoelens van verdriet die Maria had bij het lijden en de dood van haar Zoon aan het kruis). Dat beeld is er gekomen via meneer pastoor, we kregen het van de zusters Annunciaden uit Veltem-Beisem.

Op het moment dat de engel Gabriël Maria vroeg de moeder van Jezus te worden, werd ze vervuld van grote vreugde, maar net als haar Zoon is ze niet gespaard gebleven van lijden en verdriet: een bevalling ver van huis, de bedreiging van Herodes met vlucht naar Egypte, de gevangenneming, veroordeling en kruisiging, …

Terecht is het één van haar titels: ‘Moeder van smarten’.

Als we naar de gelaatsuitdrukking kijken zien we dat ze niet huilt maar wezenloos voor zich uitkijkt, starend in het niets. We worden deelgenoot gemaakt van het gevoel dat Maria moet hebben gehad terwijl zij haar dode zoon vasthield. Gevoelens die ook wij, zoals Maria, ervaren bij het sterven van een geliefde.
Hoewel rouw een plaats hoort te krijgen in ons leven, belooft Jezus ook troost: de dood is niet het einde. Zoals Jezus is verrezen en plaats nam bij zijn Vader, zo zullen ook wij ooit bij God komen.