Naamopgave op de 3de adventszondag
Op de derde zondag van de advent ging onze bijzondere aandacht uit naar de kinderen die tijdens dit kerkelijk jaar hun eerste communie of vormsel willen ontvangen.
Een hele tijd geleden lieten hun ouders hun dopen. Daarmee beslisten ze ook om hen Jezus te leren kennen. Tijdens de doopselviering vroeg de priester welke naam ze hun kind wilden geven. De ouders zegden dan luidop die naam. Zo is elk kind door God gekend bij naam. In de bijbel staat het zo: ‘je naam staat geschreven in de palm van Gods hand’.
Ondertussen zitten deze kinderen in het tweede en zesde leerjaar. Zij kunnen zelf hun naam uitspreken voor de pater Jude en de hele geloofsgemeenschap.
In de lezingen van de derde adventszondag, ‘Gaudete’, ‘Verheug u’ of vreugde, hoorden ze dat iedereen blij mag zijn want dat God er altijd is, voor iedereen. Zijn naam is ‘Ik-zal-er-zijn’. Jezus is ‘Immanuel’, wat betekent ‘God met ons’.
Die nabijheid en liefde van God, van Jezus, willen deze kinderen beantwoorden. In voorbereiding op de eerste communie en vormsel willen ze Jezus beter leren kennen en dichter bij God komen. Zij willen leren leven als christen en meebouwen aan Gods droom voor de wereld en de mensen.
Eén voor één zegden ze luidop hun naam en ontvingen die op een ‘houtje’. Dat hingen ze, na de zegen, onder de iconen achteraan in de Sint-Ambrosiuskerk.
Je kan er gerust eens een kijkje gaan nemen.
Marleen, catechiste
