Advent 2022

Advent 2022

Advent: drie paarse en een roze kaars op een groene krans

Nu de dagen korter worden en de avond donker, steek je thuis ook kaarsen aan? De kleine vlammen verspreiden een zacht en warm licht. Voor christenen begint in deze periode de advent en een nieuw kerkelijk (liturgisch) jaar. Vier weken lang kijken we uit naar Kerstmis, de komst van Jezus.
De adventskrans doet ons daaraan denken. Jaarlijks maken we op zaterdag voor de eerste adventszondag een groene krans en plaatsen er vier kaarsen op. In de zondagsviering spreekt de pastoor een gebed uit over de kransen en de eerste kaars wordt aangestoken.

 

Weet je waar de adventskrans ons aan herinnert?
Heel lang geleden, wanneer de dagen korter werden tijdens de winter, waren de mensen bang dat de zon niet meer zou terugkomen. Ze verzonnen een spel om de zon te lokken. Met grote wielen van stro, die ze eerst de berg op duwden, in brand staken en de berg lieten afrollen, hoopten ze dat de zon terug zou komen. En dat deed ze. Ze doet het nog steeds.
Als christenen spelen we dit spel niet meer. We maken een adventskrans en steken elke zondag meer kaarsen aan.
De strokrans en het oude verhaal over het spel met de zon doet ons denken aan de inspanning die wij doen, de weg die wij gaan bergop om God, Jezus te ontmoeten. Daar boven op de berg gebeurt iets bijzonders: wij ontmoeten God. Hij komt ons tegemoet en wijst ons de weg die toekomst geeft, Gods toekomst. In de eerste lezing van de eerste adventszondag lezen we daarover in Jesaja 2,1-5.
Op die strokrans bevestigen we groene dennentakken. De naalden prikken en doen denken aan de doornenkroon die Jezus opgezet krijgt. Uitkijkend naar Kerstmis denken we al aan Jezus’ lijden.
Tenslotte plaatsen we 4 kaarsen op de groene krans. Oorspronkelijk stonden er veel meer kaarsen op: één voor elke dag tot Kerstmis. Zo telden kinderen af tot Kerstmis. Nu staat er een kaars voor elke zondag. Vier dus … en vier verwijst ook naar de aarde met vier windrichtingen; naar mensen die van over de hele wereld samen komen; naar het kruisteken dat christenen maken; naar geloof, hoop, liefde en de vreugde.

 

Dit jaar plaatsen we 3 paarse en 1 roze kaars op de groene krans. Dit doen we niet zomaar! Paars is de (liturgische) kleur van de kleding van de pastoor tijdens de advent. Roze is paars gemengd met wit en is de kleur van de derde kaars. De derde adventszondag en kaars brengt ons al dicht bij Kerstmis en heet: ‘Gaudete’, ‘Verheug u’, een voorproefje van de echte kerstvreugde. Ook de andere zondagen en kaarsen hebben een naam, hoor: de eerste heet ‘Levavi’ of ‘Ik kijk omhoog naar U, God’, de tweede heet ‘Populus Sion’ of ‘Volk van Sion, volk van God’ en de vierde heet ‘Rorate’ of ‘Dauwt, hemelen, van boven’.
Dit alles doen we om tijdens de advent te denken aan uitkijken naar Kerstmis, de komst van Jezus. Alle kinderen, die in de zondagsviering waren, kregen nog een klein knutselwerkje als geheugensteuntje mee. De drie woorden verleden, heden, toekomst willen hen herinneren aan:
Jezus, die gekomen is, komt opnieuw. Hij is de komende!

 

 

 

                     

 

 

 

advent in Sint-Martinus

 

De woorden van de tweede adventszondag zijn: leven, dood en verrijzenis. We vieren Kerstmis, begin van Jezus’ leven op aarde, en denken al aan Pasen, Jezus’ verrijzenis na zijn dood. In de eerste lezing gebruikt Jesaja een prachtig beeld: aan de stronk – het onderste stuk van een dode, afgehakte of afgebroken, boom – ontspringt een twijg. Nieuw leven!

 

 

 

Op de derde zondag van de advent krijgen we de woorden ‘natuur, mensen en hart’ mee. In twee kringen rond de kern van de lezing spreekt Jesaja over de vreugde die we voelen wanneer we zien dat Gods Rijk komende is. Het wordt stilaan duidelijk: het is de Heer zelf die komt! We worden Hem gewaar in de natuur, in mensen en in ons hart.

 

 

 

 

 

 

 

Keuze, twijfel en zekerheid’ zijn de woorden van de vierde zondag van de advent. Het evangelie (Mt. 1, 18-24) vertelt hoe Jozef, nu hij voor een moeilijke keuze staat, nadenkt en in een droom – of beter nog een visioen – antwoord krijgt. Het wordt duidelijk en zeker voor hem. Hij ziet wie hij is, wie God is ‘God-met-ons’ en wat hem te doen staat: zijn vrouw tot zich nemen en het kind de naam Jezus, God redt, geven. Herken jij dit ook?